Column
Ome Ed en de vuvuzela’s
13-06-2010
Nu de WK in volle gang is, is het een drukte van jewelste bij Nico’s snackbar. Het lijkt alsof honderden gezinnen tussen de wedstrijden door ineens alleen maar patat eten. Achter de balie staan de eigenaren Martin en Paul zich in het zweet te bakken, geassisteerd door een paar familieleden. Ze hebben nauwelijks tijd om te groeten als ik binnenkom en doorloop naar onze stamtafel achterin de zaak. Daar zit Ome Ed, moederziel alleen. ‘Nou, ik dacht al, heb ik lepra ofzo? Wat wil je drinken, Sjakemans?’ Ik krijg wat ik vraag en even later zitten we achter goegevulde glazen Spa Geel. ‘Volg jij die WK nog een beetje, Ome Ed? ‘Ja, maar het is een heel aparte ervaring om tv te kijken, terwijl die uitstaat.’ ‘Staat de tv…uit? ‘Ja, vanwege dat gezoem van die vliegen in Afrika, wat een teringherrie.’ Dat zijn geen vliegen, dat zijn vuvuzela’s’, zeg ik. ‘Wat jij wil. Ik kan er in ieder geval niet tegen. Net als dat logo van de Fifa dat ze driehonderd keer per wedstrijd in je gezicht proppen, en die belachelijke slow-motion herhalingen van de trainers. Ik zag het speeksel uit dat bekkie van Maradonna vliegen. Kijk ik daarom naar voetbal? Nee. En ik wordt ook al helemaal gaar van die tv-reclames. Allemaal Oranje. En ze zijn allemaal hetzelfde. Onze nationale kleur wordt verkracht door de grote bedrijven, om ons aan het consumeren te brengen. En om al die redenen zet ik dus de tv uit. Ik wordt er helemaal kniftig van.’ Met een flinke slok eindigt hij zijn betoog. ‘Dus je volgt het voetbal helemaal niet?’, vraag ik. ‘Jawel’, zegt Ome Ed, 'maar dan lekker op de ouderwetse manier. Via de radio. De commentators zijn daar sowieso beter. Zo’n Jack van Gelder of Bas Ticheler, dat is smullen geblazen. Op de radio heb je ook geen last van die vaza…van die vuza…..van die, nou ja van die toeters. Die hoor je bijna niet. En weet je wat het mooiste is: zo ben ik een beetje solidair met de arme bevolking van Afrika, want die mensen luisteren ook allemaal naar de radio. Dus zeg ik: kijk geen tv. Kijk met je oren. Veel leuker!’