Column

Lage daad van de Hoge Raad

13-04-2013
  Wat voor weer zou het zijn in Den Haag’, zong Conny Stuart. ‘Zijn de bomen al kaal op ’t Voorhout?’ ‘t Is maar goed dat Conny is gaan hemelen. De bomen zijn niet kaal, ze zijn omgehakt. Illegaal en onwettig. Voor, oh ironie: de nieuwbouw van de Hoge Raad. Ons hoogste rechtsorgaan. Welk een mispeer dat juist deze organisatie dertien platanen illegaal heeft laten kappen. De gemeente Den Haag wist van niets en heeft proces-verbaal op laten maken. De kapvergunning was niet verleend. Waarom wil de Hoge Raad eigenlijk verhuizen uit de nabijgelegen Kazernestraat? Er is maar één reden: prestige. Ze vonden hun – toch niet misselijk te noemen – behuizing ‘niet representatief’. Daarom wordt voor veel geld nieuwbouw gepleegd aan het Korte Voorhout, op de hoek van het Smidsplein. Een gebouw met, zo wordt gefluisterd, een imposante gevel. Maar, quelle horreur - die bomen! Ze verpesten het uitzicht op die gevel. Ze moeten dus weg. Want wie zo dom is om omwille van zijn prestige 150 meter verderop te moeten wonen, is uiteraard ook niet van plan om iets in de weg te laten staan van het uitzicht op zijn fraaie voorgevel. Pronkzucht, is meen ik het woord voor dit haantjesgedrag. Afijn - weg met die bomen. Wat mij bevreemdt: ze stonden niet op het eigen terrein, ze stonden op het trottoir. Ons trottoir. Het waren ónze bomen. Wat nu volgt is een uitgebreid partijtje zwarte pieten. De Hoge Raad is zich van geen kwaad bewust en wijst naart de bouwers, die wijzen naar de Rijksgebouwendienst, die formeel de opdracht heeft gegeven. Maar die dienst valt weer onder het ministerie van Binnenlandse Zaken. Of is het ministerie van Justitie – waaronder de Hoge Raad valt – uiteindelijk de opdrachtgever voor de bouw? Dan moeten zij betalen. Onze burgemeester en wethouders willen niet ingaan op de schuldvraag. Zie: daar begint het rookgordijn. Dat rookgordijn zal zorgvuldig  worden gedrapeerd rond en door en over elkaar, zodat de schuldige nooit wordt aangewezen. Men zal zeggen: ‘dit mag in de toekomst niet meer gebeuren.’ En dat zeggen ze dan - tot de volgende keer dat het gebeurt.